Een huiveringwekkend rapport
Het leven in de oceanen verkeert in grote nood. Een andere conclusie kun je niet trekken uit het gisteren gepubliceerde Living Blue Planet Report van het Wereld Natuur Fonds. Als de oceanen in nood zijn, dan is ook alles op het land dat, met een kleine tijdsvertraging. Dat betekent dat ook wij er niet goed voorstaan.
Het WNF maakt aannemelijk dat het totale aantal gewervelde dieren in alle wereldzeeën in een periode van iets meer dan 40 jaar (1970-2012) is afgenomen met 49 procent. Een getal waar je de tranen van in de ogen springen als je er eventjes bij stilstaat. Het gaat je voorstellingsvermogen te boven. Ontelbare miljarden dieren hebben dus in een kosmische seconde (wat is nou 40 jaar?) het loodje gelegd.
Denk nu niet dat het vooral om overbevissing gaat, hoewel dat één van de grote boosdoeners is, want ook diersoorten die niet op ons menu staan, bevinden zich op een glijbaan omlaag. Hun leefomgeving verdwijnt (koraalriffen, zeegrasvelden, mangrovebossen) of raakt door allerlei oorzaken ernstig vervuild.
Zo is de helft van alle koraalrif al verdwenen en als er niet snel een wending ten goede komt zal dat in 2050 verdwenen zijn, voorspelt het rapport. Het rif is de habitat van een kwart van alle levende wezens in zee. Van alle velden met zeegras verdween de afgelopen eeuw 30 procent. Er drijft 8 miljoen ton plastic afval in zee. En zo somt dit rapport het ene na het andere onthutsende feit op.
Het WNF onderzoekt sinds 1970 de trends in ruim vijfduizend populaties van zeedieren, waaronder 1234 zoogdiersoorten en 930 vissoorten. Vanaf 1970 tot het midden van de jaren ’80 was er een sterke afname van het leven in zee, waarna er gelukkig weer enige stabilisering optrad. Maar ongeveer vanaf 2011 gaat het weer bergafwaarts. En wat was er in dat jaar? Precies: Fukushima. Daar wordt overigens met geen woord over gerept in het rapport
Vorig jaar oktober was ik korte tijd in Cambodja. Aan de kust charterden we een bemand bootje dat ons naar het rif bracht om te gaan snorkelen. Het werd een ontluisterende ervaring. Er zwommen weliswaar wat vissen rond, maar de zeebodem was dood. Er lag een vreemde bruine aanslag over de stenen. We vertrokken snel naar een tweede plek, die beter zou moeten zijn. Maar ook die bood dezelfde troosteloze aanblik. ‘Wat is hier in Godsnaam gaande?’ vroegen we ons af.
Het rapport van het WNF werpt daar voor mij nu wel enig licht op. Wat we toen voelden wordt er in bevestigd: het is grondig mis met de ecosystemen van veel van onze zeeën en misschien wel met alle zeeën. Het is goed dat het rapport daar de aandacht op vestigt en de bewijsvoering is solide. Maar tegelijkertijd schrik ik van de gedachtegang in de analyse van de opstellers.
Zij zien de oceaan namelijk als ‘natural capital’ dat beter gemanaged moet worden en wel op globale schaal. Over vissen wordt gesproken in termen van voorraden (‘global fish stocks’). De hele analyse is economisch. We gaan niet zo handig om met al die kostbare assets, is de redenering. Alsof de oceaan een farm is die beter gerund moet worden.
Het wordt helemaal te grijs als ze deze ‘assets’ ook nog eens in geld gaan uitdrukken. De oceanen, zo becijfert het WNF, daarbij geholpen door de Boston Consulting Group en nog een andere club, leveren jaarlijks ‘economic benefits’ in de orde van grootte van ‘minstens’ 2,5 biljoen dollar (= 2500 miljard). En de ‘onderliggende’ waarde van deze goudmijn wordt op minimaal 24 biljoen dollar geraamd. Dat is dus de potentie, of zeg maar de verdiencapaciteit van de oceaan… Daarna volgt er een soort sustainable businessplan voor de wereldzeeën.
Voor wie dit niet gelooft, plak ik de Engelse tekst onder dit artikel.
Deze benadering, namelijk die van de oceaan als een soort magazijn dat we naar believen – zij het liefst wel wat verstandiger – kunnen leeghalen, is precies de ‘mindset’ die ons in deze puinhoop heeft gebracht. No way dat we er zo weer uitkomen.
Wat dan wel? Stoppen met vis eten, of zo min mogelijk vis eten. Dat lijkt me een goed begin. Stoppen met kernenergie. Stoppen met ‘geoengineering’ (chemische en biologische nano-deeltjes op grote schaal in de atmosfeer brengen en daarmee met een kleine vertraging in zee). Stoppen met fossiele brandstoffen. Stoppen met economisch willen groeien. Eenvoudiger leven en de heiligheid van de natuur met alles wat daarin leeft respecteren.
Eigenlijk is het heel simpel.
Huiveringwekkend fragment
“The Boston Consulting Group in collaboration with the Global Change Institute and WWF recently estimated that the ocean generates economic benefits worth at least US$2.5 trillion per year.
The total value of the ocean’s underpinning assets is at least US$24 trillion (Hoegh-Guldberg et al., 2015). Underpinning the value estimates are direct outputs (e.g. fishing), services enabled (e.g. tourism, education), trade and transportation (coastal and oceanic shipping) and adjacent benefits (e.g. carbon sequestration, biotechnology)(BCG, 2015). More than two-thirds of this value relies on healthy ocean conditions.” (pagina 45)