Death on Mars: speculatie waar een starwars-luchtje aan zit
Volgens John Brandenburg, één van de sprekers tijdens de Secret Space Program Conference 2015 afgelopen weekend in Austin, Texas, hebben op Mars ongeveer 250 miljoen jaar geleden (!) twee thermonucleaire explosies plaatsgevonden die de totale bevolking van de destijds nog aarde-achtige planeet (met een dampkring, een oceaan en een miljoenenstad) wegvaagde.
Dit zou blijken uit de hoge waarden van Xenon 129 die op de rode planeet worden gevonden. Xenon 129 is een stof die vrijkomt bij kernexplosies. Op aarde worden alleen hoge concentraties aangetroffen in gebeiden waar atoomproeven hebben plaatsgevonden. Vandaar, aldus Brandenburg, die over zijn hypothese het boek Death on Mars schreef.
Ik vind zijn theorie niet erg geloofwaardig. Vooral omdat de logica geweld wordt aangedaan. Met de (nucleaire) kennis van nu wordt immers een situatie van 250 miljoen jaar geleden beoordeeld. Dat gaat niet. Je zou in dit geval moeten weten hoe het kennisniveau van toen was. Misschien was de civilisatie op Mars destijds wel verder gevorderd dan de onze nu, of was ze in allerlei opzichten compleet anders – zo anders dat we ons dat nu niet kunnen voorstellen. En misschien had Xenon 129 voor deze wezens wel een totaal andere betekenis dan voor ons nu. Misschien dreven ze er hun voertuigen mee aan….
De redenering: omdat op aarde Xenon 129 NU zus-en-zo betekenis heeft moet dat 250 miljoen jaar geleden – in totaal andere omstandigheden – ook zus-en-zo betekend hebben, gaat mank. In de antropologie wordt etnocentrisme, lees: naar andere culturen brekijken door de bril van je eigen cultuur, als een basisfout aangemerkt. Brandenburg maakt deze basisfout in kosmische zin. Hij practiseert een vorm van terracentrisme.
Zijn explosiehypothese zou desondanks aan geloofwaardigheid winnen als hij deze eerst zou proberen te falsificeren. De vraag is dan: zijn er andere plausibele verklaringen voor het bovengemiddeld voorkomen van Xenon 129 op Mars? Ik zou die niet weten, maar ze zullen er ongetwijfeld wel zijn. Brandenburg falsificeert echter niet. En dat is mijn tweede grote bezwaar tegen zijn benadering.
En dan is er nog iets anders dat me niet lekker zit. Brandenburg bouwt een hele exopolitieke strategie op de beide veronderstelde kernexplosies op Mars. Zijn redenering gaat dan als volgt: het is in de kosmos net zo’n rommeltje als op aarde. Die arme Martianen zijn ooit door aliens van buitenaf onder vuur genomen. Er zijn geen bomkraters, dus waren het explosies in de lucht, zoals in Hiroshima en Nagasaki. Zulke enorme gevaren bestaan er in onze kosmos. Zo’n aanval kan opnieuw plaatsvinden, dus daar moeten we ons op voorbereiden. We moeten zo snel mogelijk naar Mars om te onderzoeken wat daar nou precies is gebeurd. En – hij zegt het niet met zoveel woorden, maar de conclusie ligt voor de hand: we moeten ons wapenen tegen bad aliens.
Dit hele verhaal past prachtig in de star wars politiek van de Amerikaanse breakaway civilisation. En dan is ineens glashelder waarom het Pentagon aan Brandenburg toestemming gaf om zijn hypothese publiek te maken (hij moest vooraf om deze toestemming vragen, omdat hij ‘security clearances’ heeft als nucleair expert).
Het verhaal is behalve politiek verdacht ook volkomen bizar. We zouden nu bang moeten worden voor iets dat 250 miljoen jaar geleden heeft plaatsgevonden….
Waar zien die star warriors ons voor aan?
De presentatie van John Brandenburg is on demand tegen een kleine vergoeding te bekijken.